Basisveiligheidsmaatregelen

Alle inzittenden, ook achterin, moeten vóór het rijden altijd hun veiligheidsgordels goed omdoen - ook voor stadsritten.


Let op de volgende aanwijzingen om een optimale werking van de veiligheidsgordels en de airbags te garanderen:
-Voorstoelen niet te dicht naar het stuurwiel resp. het dashboard schuiven.
-Rechtop zitten.
-Let erop dat de veiligheidsgordels correct zitten.
-Voeten steeds in de voetenruimte houden.
-Kinderen onder de 12 jaar horen altijd achterin te zitten.

Nadere informatie: